Het drone-emissiemonitoringsysteem van het Europees Agentschap voor Maritieme Veiligheid (EMSA) en het Federaal Maritiem en Hydrografisch Agentschap (BSH) was net operationeel, maar stortte donderdag in zee bij Fehmarn.

De dronevluchten worden in opdracht van EMSA uitgevoerd door het Noorse bedrijf Nordic Unmanned. De sensoren voor de emissiemetingen worden geleverd door het Deense bedrijf Explicit. De crash zou hebben plaatsgevonden op slechts 40 meter van het strand van het radarstation Staberhuk van de Bundeswehr.

De Noordzee en de Oostzee behoren tot de meest frequent bevaren zeeën ter wereld. De Grote Belt en het Kadetkanaal behoren tot de drukste scheepvaartroutes in de Oostzee. Alleen al voor de Grote Belt wordt voorspeld dat er in 2030 80.000 schepen passeren. Naarmate het scheepvaartverkeer in de Oostzee toeneemt, neemt ook de uitstoot van koolstofdioxide, stikstofoxiden en zwaveldioxide toe.

Terwijl internationaal alleen scheepsbrandstoffen met een maximaal zwavelgehalte van 0,5 procent zijn toegestaan, ligt de grenswaarde in zwavelemissiecontrolegebieden (SECA's) zoals de Noordzee en de Oostzee zelfs op 0,10 procent. "Met de drones gebruiken we een technologie die het mogelijk maakt om scheepsemissies op zee te analyseren en zo te controleren of de wettelijk vastgestelde grenswaarden voor het zwavelgehalte in brandstoffen worden nageleefd", aldus BSH-voorzitter Karin-Kammann-Klippstein tijdens de meetcampagne. "Grenzen zijn alleen effectief als de naleving ervan wordt gecontroleerd."

De dronevluchten vertrekken twee keer per dag vanaf de oostkust van Fehmarn en richten zich op schepen die actief zijn in de Fehmarn Belt en Kadetrinne, met een gemiddelde vluchtduur van 2,5 uur. Ze vliegen door hun uitlaatgassen en meten het zwaveldioxidegehalte met behulp van specifieke sensoren. De meetresultaten worden gebruikt om het zwavelgehalte van de gebruikte brandstof te bepalen. Een informatiesysteem van EMSA maakt de meetresultaten, samen met gegevens van het gemeten schip, realtime beschikbaar voor de inspectie-instanties in alle Europese havens. Als de gegevens aangeven dat het toegestane zwavelgehalte van 0,10 procent in de brandstof wordt overschreden, kunnen schepen worden aangewezen voor inspectie in hun volgende aanloophaven en kunnen er brandstofmonsters worden genomen. Degenen die verantwoordelijk zijn voor overtredingen van de strenge brandstofvoorschriften, kunnen zware straffen krijgen.

De BSH is de centrale maritieme autoriteit van Duitsland. Ongeveer 1.000 medewerkers uit meer dan 100 beroepen werken op de twee kantoren in Hamburg en Rostock, en op vijf schepen. De verantwoordelijkheden omvatten de promotie, veiligheid en monitoring van de zeescheepvaart; onderzoek en het verzamelen van langetermijndatareeksen op het gebied van oceanografie en mariene chemie; waterstandsvoorspelling; en nautische hydrografie, die wordt gebruikt voor het maken van officiële nautische kaarten. Een recent groeiend verantwoordelijkheidsgebied is de rol als vergunningverlenende en toezichthoudende autoriteit voor offshore windturbines. Als administratief en dienstverlenend orgaan van de Duitse vlaggenstaat ondersteunt de BSH de maritieme sector met vergunningen, aansprakelijkheidsverklaringen, producttests, goedkeuringen en het verstrekken van gegevens.

www.bsh.de